Cursus Italiaans voor beginners deel 2 met uitlegvideo's

€ 275,50 (ex. BTW):
Bestellen
Contact opnemen

Ga door met Italiaans leren

Wat leuk dat je jouw kennis van de Italiaans taal wilt uitbreiden. Deze cursus bevat 5 blokken, elk bestaand uit dialogen, woordenschat en grammatica. De grammatica leg ik je uit in korte video's. De cursus brengt je naar een A1-niveau. Lees onderstaande informatie goed door, dan weet je wat je te wachten staat.

Wanneer is deze cursus geschikt voor mij?

Als je de beginnerscursus hebt gevolgd en je bent bekend met de regelmatige werkwoorden in de tegenwoordige tijd, de lidwoorden, de bijvoeglijke naamwoorden en de modale hulpwerkwoorden (dovere, volere, sapere, potere) dan ben je toe aan de rest van het A1-niveau.

Hoeveel tijd heb ik voor de cursus?

Je werkt op jouw eigen tempo de cursus door. Ook na bijvoorbeeld een vakantie kunt je de cursus oppakken waar je gebleven bent. Heb je blok 1 afgerond, dan wordt blok 2 vrijgegeven en zo werk je de cursus door. Onderaan deze pagina zie je alvast de inhoud van de cursus. Je hebt een heel jaar de tijd voor de cursus. Als je binnen een jaar niet klaar bent, kun je voor 55 euro de cursus nog een jaar gebruiken. Je krijgt hierover tijdig bericht.

Demo

Als je de korte demo hebt gedaan, dan heb je gemerkt dat je door middel van vragen telkens actief met de stof bezig bent. De demo is met name bedoeld om de manier van werken duidelijk te maken en bevat slechts zo'n 5% van de cursus. Let wel: de demo lessen zijn op beginnersniveau.

Inloggen

Na aanmeldingen ontvang je een e-mail met daarin het verzoek een account aan te maken. Vervolgens kun je inloggen via www.tuttalingua.anewspring.nl (let op: geen @ maar een punt). Heb je de demo of de online cursus voor beginners gevolgd? Dan heb je al een account aangemaakt en kun je met die gegevens inloggen. 

MemoTrainer

Naast het werken op je laptop werk je via de app 'MemoTrainer' op je mobiele telefoon. Deze bevat de oefeningen die je al hebt gehad, maar ook oefeningen die net iets moeilijker zijn. Door de dagelijkse herhalingen blijft de stof veel beter 'hangen'. De MemoTrainer houdt bovendien bij wat je al beheerst en wat je nog moeilijk vindt en past de oefeningen daarop aan.

Hoe installeer ik de MemoTrainer?

Zodra je gestart bent met de cursus ontvang je van de e-learning-omgeving ‘aNewSpring’ een e-mail. Daarin staan de links om de app te downloaden. Na het downloaden kom je op de welkomstpagina van de app, daar vul je de omgevingslink tuttalingua.anewspring.nl in en jouw e-mailadres en wachtwoord. Als je de MemoTrainer al had geïnstalleerd, hoef je dit niet opnieuw te doen. Je kunt in dat geval gewoon inloggen op je vertrouwde account.

 

Rest mij nog om je succes en veel plezier te wensen met deze vervolgcursus.

Cordiali saluti,

Fiona Stramigioli-Woering

docent Italiaans

Cursusinhoud

Blok 1 Beauty en Wellness

Blok 4 Vrije tijd, erop uit!

1a Devo assolutamente andare dal parrucchiere (dialoog)

1b Devo assolutamente andare dal parrucchiere (woordenschat)

1c dal parrucchiere, dall’estetista e dal negozio di abbigliamento (woordenschat)

2a Dai, andiamo insieme? (werkwoord andare)

2b Ti do un bacio (werkwoord dare)

3a Andare al negozio con la commessa carina (lidwoorden en voorzetsels samenvoegen)

3b andare al negozio (voorzetsels A en In)

4 Dal parrucchiere (voorzetsel Da)

1a Che cosa avete visto a Londra? (dialoog)

1b Che cosa avete visto a Londra? (woordenschat)

1c tempo libero, gli sport, gli hobby (woordenschat)

2 Ho passato un bel fine settimana a Londra (Passato prossimo met ‘avere')

3 abbiamo visto tanti negozi (passato prossimo onregelmatig voltooid deelwoord)

4 Ah, è vero che sei stata in vacanza. (Passato prossimo met 'essere')

Blok 2 Inkopen voor een gerecht

Blok 5 Reizen en cultuur

1a Vedi quanto sale uso? Si, lo vedo. (dialoog)

1b Vedi quanto sale uso? Si, lo vedo. (woordenschat)

1c frutta e verdura, il contenitore, le quantità e i negozi (woordenschat)

2 il formaggio è sul piano di lavoro. Lo vedi? (persoonlijk voornaamwoord als lijdend voorwerp)

3 Poi sul primo strato di gamberetti, mettiamo il secondo strato. (voorzetsels)

4 Devi comprare dei gamberetti (delend lidwoord en 'di')

1a Le piace l’Italia? (dialoog)

1b Le piace l’Italia? (woordenschat)

1c  In campeggio, in montagna, in aereo e in treno, al mare (woordenschat)

2 Mi piace la gente (Meewerkend voorwerp als persoonlijk voornaamwoord en werkwoord piacere)

3a Dici che tua zia è d’accordo? (werkwoord dire)

3b Un vero matrimonio italiano sarà veramente interessante. (bijwoorden)

4 Ora le telefono e lo chiedo (Persoonlijk voornaamwoord van meewerkend en lijdend voorwerp)

Blok 3 Hoe was je dag?

 

1a Mi alzo alle 7.00 meno un quarto (dialoog)

1b Mi alzo alle 7.00 meno un quarto (woordenschat)

1c I giorni, I mesi e le stagioni, espressioni di tempo (woordenschat)

2 Mi vesto e mi trucco (wederkerend werkwoord)

3  Ti metti quel vestito? (aanwijzend voornaamwoord quello)

4 Ho comprato un bel vestito... (bijvoeglijk naamwoord ‘bello’)

 

Italiaans voor beginners Vervolgcursus met uitlegvideo's